23 februari Doopdienst

Jezus wordt door Johannes gedoopt.

13 Toen kwam ​Jezus​ vanuit Galilea naar de Jordaan. Hij kwam bij Johannes om door hem gedoopt te worden.  14 Maar Johannes wilde hem tegenhouden en zei:  ‘Waarom bent u bij mij gekomen? Ik zou juist door u ​gedoopt​ moeten worden!’ 15 Jezus​ zei: ‘Toch moet je het doen, want wij moeten alles doen wat God van ons vraagt.’ Toen deed Johannes wat ​Jezus​ vroeg. 16 Jezus​ werd ​gedoopt. Zodra hij weer uit het water kwam, ging de hemel open. ​Jezus​ zag dat de Geest van God naar hem toe kwam in de vorm van een duif. 17 En Gods stem klonk uit de hemel: ‘Hij alleen is mijn Zoon. Mijn ​liefde​ voor hem is groot.’

De kamerling uit het Morenland.

34 En de kamerling antwoordde, en zeide tot ​Filippus: Ik vraag u, van wie zegt de ​profeet​ dit? Van zichzelf of van iemand anders? 35 En ​Filippus​ opende zijn mond, en uitgaande van dat schriftwoord, predikte hij hem ​Jezus36 En terwijl zij onderweg waren, kwamen zij bij een water, en de kamerling zeide: Zie, daar is water; wat is ertegen, dat ik ​gedoopt​ word? 37 En hij zeide: Indien gij van ganser harte gelooft, is het geoorloofd. En hij antwoordde en zeide: Ik geloof, dat ​Jezus​ ​Christus​ de ​Zoon van God​ is. 38 En ​hij liet de wagen stilhouden​ en beiden daalden af in het water, zowel ​Filippus​ als de kamerling, en hij ​doopte​ hem.

 

Post Author: Redactie